Ik zie er nog best goed uit, zei ik vaak. Voor mijn leeftijd, kwam er dan altijd achteraan. Ik vergeleek mezelf dan met leeftijdgenoten uit de provincie, doorgaans niet de meest prominente groep om jezelf aan te spiegelen, maar wel mijn habitat, dus dat mocht. Diezelfde omgeving bevestigde dit vaak en ik was er stiekem aan gewend geraakt dat het een feit was: ik zag er nog goed uit. Maar de laatste tijd is daar verandering in gekomen. Ik kijk in de spiegel en zie vanalles wat me niet langer bevalt. Vooral de kaaklijn stoort me, of liever het ontbreken ervan. De ogen staan vermoeid (dat ben ik ook, maar daar komt het niet door), er verschijnen pigmentvlekken die ik met de beste wil geen grote sproeten meer kan noemen en als ik op mijn rug lig blijft er bij mijn oren een reepje huid over.Maar dat is slechts het fysieke aspect. Uitroepteken. Wat veel venijniger is, zijn de invloeden van buitenaf. Het getal 65 bijvoorbeeld. Het is niet slechts een nummer, zoals vaak geroepen wordt door nog oudere knarren, zoals laatst nog een man van 79 op Tinder die zichzelf wel zijn laatste jaren zag slijten met mij. Het impliceert ouderdom en pensioen, en dat roept weer opmerkingen van grappenmakers op -mezelf incluis, nee, voorop-, die de draak steken met je zicht, gehoor en mobiliteit, alsof je niet al 15 jaar slechthorend bent en blind als een mol sinds je 9e. De dokter zegt dat je klachten bij je leeftijd horen en in de wachtkamer van de fysiotherapeut staat voor het eerst een man voor je op om zijn stoel aan te bieden. Je maakt er grappen over, natuurlijk. Dat is al jaren, al je hele leven eigenlijk, je tweede natuur en ook een beetje je beschermingsmechanisme. Het zijn veelal clichématige inkoppertjes die vooral jonge mensen heel aardig vinden. Opgelucht halen ze adem, zo'n komische oude vrouw, was iedereen maar zo.
Onlangs complimenteerde ik een jongere, mannelijke collega met zijn uiterlijk. Ik heb nooit een blad voor de mond genomen, en ik zei het ook zeker niet met onoirbare bedoelingen, maar vanuit esthetisch oogpunt, met het kunstenaarsoog dat nog altijd in mij huist. Maar terwijl ik het zei, uit macht der gewoonte en ook letterlijk midden in ons gesprek over erkenning en gezag en ouderlijke rechten, werd ik me direct uitermate pijnlijk bewust van enkele hedendaagse feiten. Dit kan je niet meer zeggen, lijpo, dit is vast grensoverschrijdend, schoot er door me heen. Maar ook, oh mijn god, kijk naar zijn blik, hij schrikt zich dood van deze oude vrouw die hem een compliment toewerpt. Ik stotterde nog wat na, omkleedde mijn opmerking met uitleg, het oog van een tekenaar, bla bla, maar sindsdien verbeeld ik me dat hij op zijn hoede is in mijn nabijheid. Gevaarlijke vrouw, staat er in zijn ogen te lezen. Oude vrouw! Ga weg! En ik doe mijn uiterste best om in gesprekken met hem zakelijk en professioneel te zijn. En verder zwijg ik. Ik zie zijn prachtige profiel, zijn scherp gesneden, Griekse neus, de donkere, weemoedige ogen, de ferme kuif, ach ik doe het weer, zwijgen zal ik, vieze oude vrouw, zwijg!
Wat je in de spiegel ziet, is wat anderen zien. Het is niet hoe je jezelf ziet. Zodra die spiegel weg is, ben je weer 25. Een vrouw die mooi is, en niet een vrouw waaraan je kunt zien dat ze vroeger heel mooi was, zoals een vreemde man in een café ooit tegen mij zei. Een vrouw die zonder gevolgen een man mag complimenteren met zijn uiterlijk, want voor knappe, jonge meiden gelden de wetten van het cancelen niet.
In het zaterdagmagazine van Trouw staat een stukje van de hand van een voormalig actrice over daten op oudere leeftijd. Met mijn bijziende ogen heb ik nog niet verder dan de tekst gekeken en als ik lees dat ze 74 is heb ik daar een bepaald plaatje bij. Ze is 9 jaar ouder dan ik en dan nog op datingsites, denk ik eerst. In gedachten zie ik een rimpelige, te gebruinde vrouw met een kort, pittig kapsel, die aan de tafel van First Dates op onsmakelijke wijze haar eten naar binnen werkt en de man tegenover haar bestookt met hoge eisen en onaardigheden. Geef het op, denk ik. Pas dan zie ik haar foto. Dit is een model, is mijn eerste gedachte. Want daar zit een beeldige, blonde vrouw, mooier dan Helen Mirren op haar best. Photoshop, denk ik dan, want tenslotte is niets meer zeker in deze tijd. Ik google haar. En zie een foto van een beeldige, blonde vrouw met een beeldig figuur in een bikini. Geen studiolichten of soft focus filter, gewoon een mooie, aantrekkelijke vrouw. En 74 jaar oud. Er zal best wat aan gesleuteld zijn, denk ik nog, maar toch zet het al mijn eerdere gedachten finaal op losse schroeven.
Kortom, het is een rol die ik nog niet volledig onder de knie heb, dat oud zijn. Het doet werkelijk iets met je, dat getal 65, er is geen weg meer terug, alleen vooruit, met rasse schreden naar een even onvermijdelijk als onverbiddelijk einde. Het leven is een schouwtoneel, zei Vondel al. Elk speelt zijn rol en krijgt zijn deel. Maar het is ook een pijpkaneel. En op is op.