zondag 23 april 2023

Naar de opera

Deze zondag werd het boek gepresenteerd waarin ook een verhaaltje van mij staat. Ik kreeg een uitnodiging om de met feestelijkheden opgeluisterde middag bij te wonen, ergens in een zaaltje in Amsterdam West. Nou heb ik alles behalve een druk sociaal leven, maar als ik dan eens wat heb, dan valt het allemaal in die ene middag. "Ik kan niet", zei ik tegen de organisator, "ik ga naar de opera". 

"Het wordt nooit wat met die roem", zuchtte ik tegen mijn dochter, want ik ga ook zonder operaplannen liever met mijn dochter op pad dan naar een boekpresentatie. Vandaag gingen we naar Der Rosenkavalier van Strauss, Richard dan, niet de walsenkoning. Het was een stap uit mijn comfortzone, want normaal gesproken ga ik alleen naar Italiaanse opera's uit de tweede helft van de 19e eeuw, maar omdat ik de Vier Letzte Lieder van Strauss zo ontzettend mooi vind dat ik het zelfs als verplichte kost op mijn begrafenis heb ingepland, leek me dit een gerechtvaardigd alternatief. Wat ik niet wist was dat deze opera eigenlijk stiekem op operette lijkt maar dan met mooiere muziek. Grappen en grollen alom en niemand gaat dood. Bovendien, en dat zie je vaker in Amsterdam, was er weer een zogenaamd vernieuwend sausje van artistiekerigheid overheen gegoten wat de nogal verwarrende aanblik opleverde van verschillende tijdsbeelden (die sowieso geen van alle strookten met de tekst), het rommelig heen en weer geschuif en over elkaar heen duikelen van koorleden en het veel te dik aangezette absurdisme, waaronder een enorme discobal. "Om wie gaat het nou eigenlijk", fluisterde ik tegen mijn dochter, maar die concentreerde zich net op haar laatste Mentos.

Na de eindeloos lange eerste akte, waarin alleen de slotaria van de Feldmarschallin over de vergankelijkheid van het leven mij ontroerde, misschien omdat ik net zelf door die fase heen ga, en een taartje in de pauze, merkte ik in de tweede akte al dat mijn aandacht aan het verslappen was. En ik moest nog maar drie uur! Ik lachte op de verkeerde momenten omdat ik door mijn kijkertje de diverse zangloze bijrollen bestudeerde, wisselde dit af met loeren naar de mooie dirigent Lorenzo, en besloot uiteindelijk mijn ogen te sluiten en het verhaal te laten voor wat het was en te luisteren naar de muziek. Ik had ook nog chocoladeballen in een plastic doosje bij me, maar bij al die zoetgevooisde meanderende tonen, zou het los ritsen van de kindveilige sluiting te veel lawaai veroorzaken. 

De trein terug was stampvol en benauwd, de ramen waren behalve potdicht, beslagen door de adem van rolkoffertoeristen uit Italië en provinciale studenten die op hun zitplaatsen naar de voorbijrazende koeien keken en net deden alsof ze het oude echtpaar dat zich in het gangpad maar met moeite staande hield niet zagen. Ja jij, Fleur uit Deventer, met je UvA trui en je JBL headset, we bedoelen jou! "Jij en pap hadden me allang aan mijn haren uit die bank gerost", zei M. Toch nog iets goed gedaan, dacht ik, een dochter die eindeloos lange opera's met me uitzit en opstaat voor ouwe mensen in de trein.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten