zaterdag 23 november 2024

Een Mevrouw

In de spiegel zag ik een oudere dame met een te jong kapsel, de haren te blond en te lang met een behoorlijk grijze uitgroei. "Wel blond blijven, hoor", zei het kind, toen ik vertelde dat ik naar de kapper ging. Maar ik vond het hoog tijd voor iets volwasseners, ik was er rijp voor, overrijp zelfs, iets met acceptatie en gedistingeerd oud willen worden. "Ik vind dat grijs wel mooi", zei de kapster, "wil je het niet laten uitgroeien?" "Wat ben jij, 25?", glimlachte ik toegeeflijk. "Dan had ik dat ook gezegd. Maar het zijn fases waar je doorheen moet, hè, en daar ben ik nog niet aan toe." 

Zo oud ben ik toch nog niet, dacht ik. 
Zo oud ben je toch gewoon, dacht het meisje. 
Ze haalde er een collega bij. Die was van de kleur. Gezamenlijk plukten ze aan mijn haar en stelden allerlei onbegrijpelijke en ingewikkelde processen voor. Donkerder bij de aanzet, koelblond aan de uiteinden. De kleurkapster kwam met een kaart. 
"Dit heb ik", zei ze, en wees. Ze schudde met haar dikke, warmblonde manen. Dat wou ik wel, maar voor de zekerheid wees ik toch een kleur lichter aan, want ik ken mijn haar en de structuur is zo bros en fijn, dat wat ze natuurlijk blond noemen bij mij uitvalt als Italiaans bruin. 
"Eerst maar knippen", zei de eerste kapster. Het was een lieve, leuke meid die hardop schaterde om mijn flauwe grappen. 
"Mijn broers hebben zulk mooi haar", vertelde ik. "Dik, met krullen." 
"Dat is niet eerlijk", zei ze. 
"Maar zij zijn dan weer lelijk en ik niet." Schaterlach. 
"Je kan ook niet alles hebben", zei ze. 
"Mijn oma was op het laatst een kaal oud kereltje." 
Schaterlach. 
"En ik heb haar genen." 
Weer gelach. 
Dat was natuurlijk allemaal maar ten dele waar, maar ik maak mensen graag aan het lachen, het is mijn kracht en soms ook mijn valkuil. Dan maak ik net te veel of net te vroeg grapjes. En heel soms op zo'n moment of bij zo'n persoon dat het ronduit ongepast is of niet wordt begrepen, dat je achteraf, altijd achteraf, denkt 'was dat nou nodig?' Soms spreek ik mezelf toe. Vaak voordat ik een kantoorpand betreed: Ik ben vandaag alleen maar serieus en professioneel.

Dit leuk doen is enerzijds gebaseerd op een bijna abnormale behoefte aan pleasen maar anderzijds op de gave om humor in de dagelijkse gebeurtenissen te zien. Want ik zie het als een talent, een kracht. Don't take life too seriously, none of us gets out of it alive anyway, zegt TikTok immers. Zo'n lolletje is het ook allemaal niet, dit mensenleven. De constante dreiging van nieuwe oorlogen, terwijl je altijd had gedacht in de beste tijd in de geschiedenis te leven, de natuurrampen, de vervuiling, de achterlijke populisten aan het roer, de toenemende polarisatie, de ergernis en de haat. En dat in een land waar je kinderen 10 jaar moeten wachten op een woning, de boodschappen niet langer te betalen zijn, net als de alsmaar hoger wordende huren en premies, en waarin niet meer wordt gepraat maar waar iedereen, maar dan ook echt iedereen in trams, bussen en wachtkamers op een schermpje in zijn hand tuurt. 
Dat alles valt in het niets vergeleken de echt nare gebeurtenissen. Dat mensen die je liefhebt ziek worden, kanker krijgen, dement worden of zelfs dood gaan.

Knip, knip, deed het meisje, en ik zag de witblonde punten vallen op mijn zwarte kapmantel. 
"Ik kijk vaak naar knipfilmpjes op TikTok", zei ik, "Dat vind ik zo rustgevend." 
Ze grinnikte. "Zit u op TikTok", vroeg ze verbaasd. 
Ik zag al voor me hoe ze later tegen haar collega's zou vertellen over die grappige oude dame die TikTokfilmpjes keek, een Instagram account voor haar kat had en niet kon accepteren dat ze stokoud was. 
"Wat hip", zei ze nu. 
Daarna kwam de kleurkapster die met een verveeld gezicht mijn haren kwam verven, donker bij de aanzet, koelblond aan de onderzijde. De klok werd op 20 minuten gezet. Ik kreeg koffie en pakte mijn boek. Dit was het ergste deel, het wachten. 
"Komt u maar mee", zei een derde meisje nog verrassend snel. Massagestoel aan, warm water, stevige vingers, de geur van dure shampoo, dit was het beste deel. 
Toen nog geen 10 minuten later de handdoek van mijn hoofd werd gehaald staarde ik onthutst naar mijn spiegelbeeld. 

"Wat donker", slikte ik.
"Het wordt nog wel lichter na het föhnen", zei ze. 
Maar de lust tot grappen maken was ineens helemaal vergaan. Wie was deze vrouw? 
"Niet naar binnen föhnen", zei ik nog, "Want dan lijk ik op Beatrix." 
Maar ze deed het toch, ze doen het altijd. 
Bij de kassa stonden ze me alledrie op te wachten. Ze zagen de schrik in mijn ogen. Niet vanwege het bizarre bedrag op de display, maar omdat ik in 2 uur tijd van een overjarige barbie was getransformeerd in een mevrouw. Een mevrouw! 
"Gewoon een paar keer wassen", zei de liefste van het stel. "En anders volgende week even terugkomen. Dan doen we het een tint lichter."

Buiten regende het. In de weerspiegeling van een etalage zag ik haar lopen. Een mevrouw van 65. Ze dook diep weg in de kraag van haar jas en haastte zich voort. Zoveel te doen, zo weinig tijd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten